Box 3-heffing toch door de beugel?
In onze vorige editie wezen wij u op lopende procedures over de heffing in box 3. In een daarvan heeft de Hoge Raad inmiddels beslist.
Het ging om een zaak waarin een inwoner van Noorwegen in Nederland in box 3 effectief 1,2% belasting moest betalen over de WOZ-waarde van zijn Nederlandse vakantiewoning. Advocaat-Generaal Niessen vond dat de box 3-heffing het eigendomsrecht uitholt. Bij een effectieve belastingdruk van meer dan 100% moet je interen op je vermogen.
Geen strijdigheid volgens Hoge Raad
De Hoge Raad is het niet eens met Niessen.
Volgens de Hoge Raad is pas sprake van strijdigheid met het recht van eigendom als is gebleken:
- dat het voor een lange reeks van jaren veronderstelde rendement van 4% niet meer haalbaar is én
- belastingplichtigen zouden worden geconfronteerd met een buitensporig zware last
Eerder had de Hoge Raad al voor het jaar 2010 beslist dat niet was gebleken dat het voor een lange reeks van jaren veronderstelde rendement van 4% niet meer haalbaar was. De Hoge Raad zag geen reden dat dat anders zou zijn voor het onderhavige jaar 2011.
Race nog niet gelopen?
Er loopt nog een ‘massaal bezwaarprocedure’ over de houdbaarheid van het forfaitair rendement van 4% over spaartegoeden. Dit arrest lijkt geen goede voorbode te zijn voor de uitkomst van de opgestarte proefprocedures. Zeker nu je volgens de Hoge Raad ook nog moet kijken naar het rendement van alle vermogensbestanddelen samen. Maar deze opgestarte proefprocedures betreffen wel latere jaren. De race is dus nog niet gelopen.
Terug naar overzicht