Handvatten inrichtingseisen zakelijke bestelauto’s

Voor bestelauto’s van de zaak die naar aard of inrichting (nagenoeg) uitsluitend geschikt zijn voor het vervoer van goederen geldt geen forfaitaire bijtelling. Een aantal bestelauto’s zonder dubbele cabine behoort volgens de Belastingdienst tot deze categorie.

Dit blijkt uit documenten die zijn vrijgegeven naar aanleiding van een verzoek op grond van de Wet openbaarheid van bestuur. De forfaitaire bijtelling geldt niet voor:

  • De bestelauto waarvan      
    – de bijrijdersstoel is verwijderd; én
    – de bevestigingspunten van de bijrijdersstoel zijn weggeslepen of dichtgelast.
  • De bestelauto waarvan

             – het vloeroppervlak van de laadruimte 90% of meer van het totale vloeroppervlak
                 bedraagt.

  • De bestelauto die

             – zo groot is dat deze niet in een parkeergarage past; én
             – voorzien is van stellingen; én
             – waarvan de bijrijdersstoel functioneel is voor het laden en lossen

(dus rijdt de bijrijder ook mee om andere hoofdwerkzaamheden van de onderneming uit te voeren?).

 

Hoe groter de auto of hoe specifieker de aanpassingen van de auto aan de aard van de onderneming, des te geringer wordt het belang om de bijrijdersstoel te gebruiken. Volgens de Hoge Raad was bij een hoogte van 2,6 meter en een lengte van ongeveer 6,5 meter de aanwezigheid of het gebruik van een tweede stoel in de cabine niet relevant. De bijtelling geldt ook niet voor bestelauto’s die door ernstige vervuiling en/of vanwege de stank niet geschikt zijn voor privégebruik. Dan wordt ook niet gekeken naar de rol van de bijrijdersstoel. Mogelijk heeft ook u auto’s waarvoor een bijtelling op grond van deze documenten achterwege mag blijven. Bespreek dat met uw RB-adviseur.

Terug naar overzicht